In een paar jaar tijd heeft Innotrans een sterke positie verworven in de markt voor voertuigaanpassingen ten behoeve van het personenvervoer. Het geïntegreerde systeem heeft eenvoud in het gebruik als uitgangspunt. Daarmee is het bij uitstek geschikt voor de Europese markt, waar nu de eerste stappen worden gezet.

Innotrans ontstond toen het bedrijf waar Sjoerd de Bijl, Xando Quirijnen, Marc van der Voort en Marcel Schouten werkten failliet ging. De vier staken, met hun ruime gezamenlijke ervaring en complementaire vaardigheden, de hoofden bij elkaar. De conclusie was snel getrokken: ze wilden graag iets nieuws ontwikkelen voor voertuigaanpassingen in het personenvervoer. Met de familie Rüttchen als financier werd Innotrans in het leven geroepen. De insteek was van meet af aan om een systeem voor de Europese markt te ontwikkelen.

“We zijn opnieuw gaan luisteren naar waar de markt behoefte aan heeft”, legt De Bijl uit. “Omdat we ons niet alleen op de Nederlandse markt wilden richten bleek al snel dat eenvoud het uitgangspunt moet zijn. Naar geïntegreerde systemen als het onze is buiten Nederland eigenlijk alleen vraag als het simpel te gebruiken is. Elk land heeft weer zijn eigen regels en voorschriften voor het vervoer van valide en invalide mensen, dus ook daarom moest ons systeem zo eenvoudig mogelijk worden.”

Vastzetten rolstoel

De eenvoud van het systeem bleek ook een wens die voortkwam uit het meerijden met en luisteren naar verschillende vervoerders. “Er wordt gewerkt onder tijdsdruk, dus een chauffeur moet eigenlijk zonder nadenken een rolstoel kunnen vastzetten”, aldus Quirijnen. Bijl vult aan: “De chauffeur moet zich bezig kunnen houden met veilig rijden. Het vastzetten van een rolstoel hoort eigenlijk een vanzelfsprekendheid te zijn.”

Het resultaat van de verkenningen en de inspanningen die er op volgden is een volledige en ergonomische voertuigmodificatie voor gecombineerd doelgroepenvervoer die in de meest gangbare voertuigen kan worden toegepast. Doordat het concept feitelijk modulair is, kan de eigenaar van het voertuig makkelijk variëren met bijvoorbeeld de vloerindeling ervan. Het bleek in eigen land al snel aan te staan. De vervoersbedrijven Juijn, De Meijerij, Van Dijk Cuijk, Goverde, De Groen, Haars en Dortmans waren de eerste klanten. Nu wordt het systeem ook in busjes van Connexxion gebouwd.

Gesprekken lopen

Met een flexibele organisatie vangt Innotrans drukke tijden als de huidige op. Inmiddels lopen er zo’n twaalf productiemedewerkers rond bij bij de onderneming. Dit jaar wordt het systeem geplaatst in naar verwachting zo’n 150 tot 200 taxibussen, en in zo’n veertig voertuigen waarin één iemand in een rolstoel kan meerijden. Daarnaast houdt Innotrans zich bezig met de inrichting van bedrijfswagens. “Zo hebben we de eerste honderd demonstratie-exemplaren van de nieuwe Toyota Proace ingericht”, vertelt Quirijnen.

In Zwitserland, België en Duitsland rijden inmiddels voertuigen met het Innotrans-systeem rond en daar zijn al vervolgopdrachten uit voortgekomen. “Als je een stuk of zes systemen hebt verkocht is dat nog kleinschalig. Anderzijds produceren we pas ongeveer een jaar volop, en er lopen allerlei gesprekken in diverse landen en branches. Ons volledig geïntegreerde systeem voor voertuigaanpassingen is vrij uniek. Daardoor zien we Europa als onze markt. De manieren waarop in veel andere Europese landen mensen worden vervoerd, verschillen van die in Nederland en ook daar kunnen we op inspelen”, aldus De Bijl.

Doorlooptijden

Al het voorgaande betekent niet dat Innotrans nu achterover gaat leunen. “We houden goed contact met onze klanten zodat we op de hoogte blijven van wat er leeft. We willen ons bedrijf en ons product continu blijven verbeteren. Het kan altijd efficiënter en beter”, vindt De Bijl. “Er zijn in de markt allerlei veranderingen gaande als het gaat om vervoersbewegingen, alternatieve brandstoffen of geheel of gedeeltelijk elektrisch rijden. Lichter construeren en daarmee de bezettingsgraad positief beïnvloeden is een voortdurend thema. En in de productie werken we vooruit in het samenstellen van pakketten om het systeem te assembleren. Deze vorm van prefab heeft namelijk een positief effect op de doorlooptijden in onze werkplaats.”

Quirijnen geeft nog een voorbeeld van een verbetering die is voortgekomen uit goed luisteren naar de markt. “De combinatie van draai- en klapstoelen en vaste stoelen in een rolstoelbus is een mooie verbeterslag. Door de wettelijke maximering van het aantal rolstoelplaatsen kun je daarmee een combinatie maken van twee soorten stoelen die toch dezelfde uitstraling hebben. Ook het zekeren van rollators in voertuigen is een voorbeeld van een stap vooruit in samenspraak met de klanten. En in plaats van uitgebreide signalering om te bepalen of een rolstoel goed vaststaat, bleek één sensor op de hoofdknop al voldoende – al zullen we ook dit onderdeel nog verder ontwikkelen”, legt Quirijnen uit. “Dit zijn maar enkele voorbeelden van de verbeteringen die we continu doorvoeren. En dat proces stopt nooit.”

Innotrans neemt op 12 en 13 oktober deel aan Taxi Expo 2016 in Expo Houten